Ga naar de hoofdinhoud
pancarte: " wie zit er in het oortje van de journaalankers?"

Wie zit er in het oortje van onze journaalankers?

Onze journaalankers en reporters ter plaatse krijgen vaak op de valreep instructies van de stem in hun oortje. Maar wie is die stem? En wat wordt er gezegd? 

Elke nieuwslezer in de studio heeft het verloop van Het journaal vooraf goed voorbereid. Het verloop wordt digitaal bewaard op de computer die de journaalankers ook tijdens de live-uitzending kunnen bekijken. “In praktijk zijn dat vakjes voor elk item dat aan bod komt”, vertelt Annelies Van Herck. “Die kan ik open klikken om zo meer informatie te krijgen. Maar er staan ook regieaanwijzingen in, zoals in welke camera ik dan moet kijken of welke beelden we na een aankondiging laten zien. De teksten die erin staan, kan ik ook tijdens de uitzending aanpassen, bijvoorbeeld op het moment wanneer er een reportage loopt. En telkens ik zo’n vakje sluit, worden mijn presentatieteksten meteen aangepast op de autocue vanwaar ik ze aflees. De journaals zijn immers niet altijd tiptop afgewerkt wanneer ik de studio binnenloop.”

Zo kan er altijd iets onverwacht gebeuren, van een pas binnengelopen nieuwsbericht tot een technisch probleem. En dan moet er snel en liefst onopvallend geschakeld worden. “Wanneer er last minute aanpassingen gebeuren, worden die aan mijn gecommuniceerd in mijn oortje”, zegt Van Herck. “De eindredacteur heeft het vooral over het inhoudelijke, wanneer een item toch niet klaar blijkt te zijn, wanneer een journalist ter plaatse toch niet klaarstaan of wanneer er op de valreep nieuws binnenloopt, zoals een overlijden of een belangrijke reactie. De regisseur gaat meer over het praktische, zoals camerastandpunten. Maar ook wanneer mijn haar niet goed ligt, word ik daar fijntjes op gewezen. (lacht) We mogen dan nog het beste journaal voorbereid hebben, als ik daar zit met een scheve bloes of een haarspriet die verkeer schiet, is dat het enige wat de mensen gezien gaan hebben.”

Gebeurt dat dan vaak? Van Herck: “Bijna dagelijks. Soms gaat dat over kleine dingen die mislopen, zodat ik weet dat ik mijn volgende tekst bijvoorbeeld beter oversla. Of wanneer ik een live-interview doe, kan de eindredacteur me op die manier op de hoogte houden van de timing.”

Bart Mutton is zo’n eindredacteur. “Ik ga pas in het oor van een anker zitten, als we gaan afwijken van hetgeen we hebben afgesproken”, zegt hij. “Bijvoorbeeld wanneer we de volgorde veranderen, of een item laten wegvallen. Dat probeer ik ook vooral te doen wanneer er een reportage loopt en liefst niet wanneer de ankerman of -vrouw aan het lezen is. Daarom is het ook goed dat er genoeg reportages in een uitzending zitten, dat de anker voldoende tijd heeft om aan nieuwe teksten te werken.”

Ik kan me niet voorstellen dat ik een journaal zou doen zonder mijn oortje

Annelies Van Herck, journaalanker

Zo zijn er specifieke afspraken over hoe er het best iets in het oortje wordt gezegd. “Ik heb het liefst dat men zo bondig mogelijk communiceert”, aldus Van Herck. “Zeg gewoon ‘Camera 5’ in plaats van ‘voor het volgende item moet je draaien naar Camera 5’. Ik weet dat ze mij zo’n instructie enkel zullen geven, als dat is om meteen uit te voeren. En dat is dus best to the point en duidelijk. Niets zo stresserend als een mededeling die ik niet heb verstaan.”

En in geval van nood, kan de nieuwslezer ook iets terugzeggen. Van Herck: “Ik heb een knop en wanneer ik daarop druk hoort de eindredacteur mij automatisch. Dat gebruik vooral als ik ergens aan twijfel, of als ik zie dat een item nog niet klaarstaat. Dan probeer ik zo te overleggen. Komt het in orde? Wat is het plan B?”

En precies dat is het eerste wat eindredacteur Mutton als eerste geleerd heeft, toen hij bij Het journaal begon te werken. “We moeten altijd een plan A, B en C hebben, en liefst ook een D”, zegt hij. “Zo proberen we altijd voorbereid te zijn voor momenten waarop iets mislukt, of niet tijdig bij ons geraakt. Paniek is het nooit, maar ik durf wel te wachten tot het allerlaatste moment, in de hoop dat scenario A toch nog kan. En indien niet, is het aan mij om in twee woorden aan de anker te zeggen dat we voor scenario B gaan.”

Verder onderhoudt Mutton ook het contact met reporters ter plaatse die live nog wat meer uitleg geven, de zogenaamde duplex gesprekken. Ook zij hebben een oortje. “Er zijn twee dingen belangrijk: hen op de hoogte houden van de timing, maar ook het contact houden om zeker te zijn dat het niet verbroken is. Want ook dat gebeurt, dat de verbinding wegvalt.”

“Ik kan me niet voorstellen dat ik een journaal zou doen zonder mijn oortje,” besluit Van Herck. “In het beste geval heb ik het amper nodig, maar het is een noodzakelijke communicatie.”

Deel dit artikel op sociale media

Benieuwd naar het reilen en zeilen achter de schermen bij VRT? In onze maandelijkse nieuwsbrief kom je meer te weten

De nieuwsbrief is gratis én je kan je steeds uitschrijven. Lees ons privacy beleid.