De Kinderfictie van Ketnet: met de ‘K’ van ‘kwaliteit’

Ketnet gaat elk jaar actief op zoek naar fictiereeksen die de Ketnet-identiteit uitstralen. Daarvoor schrijft de zender briefings uit, waarin duidelijk vermeld staat wat Ketnet verwacht van een reeks. Ook mogelijke onderwerpen en verhaallijnen komen aan bod.

Geïnteresseerde makers kunnen daarop ingaan, waarna Ketnet samen met Vlaamse productiehuizen op zoek gaat naar manieren om de Ketnet-verhalen te vertellen. Uit die lokale samenwerkingen zijn al heel wat succesvolle reeksen ontstaan, zoals Hoodie, Campus 12, #LikeMe, De Hoppers…

Annemie Gulickx, nethoofd Ketnet: “Fictie is voor Ketnet heel belangrijk. In 2020 ging 51% van ons jaarbudget naar fictie. Met fictiereeksen slaagt Ketnet erin om verschillende thema’s voor kinderen op de agenda te zetten. Lokale content en verhalen van hier leiden tot grote herkenbaarheid voor kinderen. Binnen die herkenbaarheid streven we ook diversiteit na: in onderwerpen, locaties en acteurs, om ervoor te zorgen dat alle kinderen in Vlaanderen en Brussel zich kunnen herkennen in de verhalen die we brengen. Daarnaast willen we de innovatieve rol die Ketnet speelt binnen de publieke omroep verder uitbouwen en inspelen op het veranderende mediagedrag van kinderen. We willen optreden als een motor voor de externe productiesector die fictie voor kinderen en jongeren maakt.”

Lees ook

Ketnetfictie op maat van de Ketnetters

De fictiereeksen van Ketnet worden gemaakt op maat van kinderen. De reeksen putten uit hun leefwereld en zetten onderwerpen centraal waarmee ze in aanraking komen. Verliefd zijn, een ziek familielid, pesten op school of plezier met hun vrienden… Al deze thema’s zijn uit het leven van de Ketnetters gegrepen en vinden hun weg in de verhaallijnen, wat wordt gesmaakt. Er is ruimte voor zowel verwondering als herkenbaarheid, verrassing als vertrouwen.

Bijzonder is dat de fictiereeksen van Ketnet heel dicht komen bij de Ketnetters. De beleving is er niet enkel op tv en online, maar zet zich ook verder in het echte leven.

Els Roovers, aanbodverantwoordelijke Ketnet: “Wat Ketnetfictie uniek maakt in Vlaanderen, is dat we met onze reeksen heel dicht bij de kijkers komen. Door onze 360°-benadering zijn we niet alleen te zien in Vlaamse huiskamers, maar vullen we vaak ook concertzalen, theaters en zomerpodia. Een reeks als ‘#LikeMe’ verkoopt het Sportpaleis enkele keren uit, en is een pure familiebeleving. Met ‘Hoodie’ kan je in Brussel een interactieve zoektocht doen langs alle setlocaties, of een zomerkamp volgen om te leren parkouren. We creeëren een totaalpakket om de magie niet alleen op het scherm, maar echt in de eigen leefwereld te brengen.”  

Als grootste kinderzender van Vlaanderen spant Ketnet zich dagelijks in om jong talent voor en achter de schermen de kans te geven om zich te ontplooien. Veel jonge kinderen en jongeren zetten bij Ketnet hun eerste stappen in het acteren, presenteren, regisseren… 

Els Roovers: “Ketnetfictie is jong talent. Zowel voor als achter de camera schenken we veel aandacht aan eerste kansen. Regisseurs , schrijvers en cast zetten vaak hun allereerste stappen bij Ketnet en groeien door tot gegeerde talenten in de markt. We werken samen met zowel ervaren productiehuizen als startende producenten. Daarbij zijn we heel nauw betrokken bij elke stap van het productieproces en delen we specifieke expertise in het maken van content voor kinderen.” 

Binnen Ketnet worden fictiereeksen opgevolgd door de aanbodverantwoordelijke. Zij waakt erover dat de waarden van Ketnet worden gerespecteerd en dat het resultaat aansluit bij wat er was afgesproken. De aanbodverantwoordelijke zit mee aan tafel op inhoudelijk, financieel, productioneel en communicatief vlak en overlegt samen met de partners over hoe de reeks in de markt kan worden gezet. 

Het fictieaanbod van Ketnet wordt daarnaast altijd afgestemd op de ontwikkeling en de groei van de Ketnetters, met oog voor ontwikkelingspsychologische doeleinden: Telidja Klaï, ontwikkelingspsychologe Ketnet: “De content van Ketnet wordt steeds geëvalueerd aan de hand van drie factoren. We kijken in de eerste plaats of de content past binnen de missie en de waarden van Ketnet. Vervolgens gaan we na of de reeks zowel in vorm als in storytelling overeenstemt met de doelgroep waarvoor ze bedoeld is. Tot slot bekijken we of de content past binnen de behoefte van Ketnet en of die voldoende onderscheidend is binnen het hele Ketnet-verhaal. Zo proberen we elke dag voor elke kind in Vlaanderen en Brussel een mooie, warme, gedifferentieerde en wonderlijke Ketnet-wereld te bouwen. 

Ketnet staat voor kwaliteit

Ketnet streeft ernaar om kwalitatieve fictiereeksen af te leveren, die zowel inhoudelijk als vormelijk sterk zijn uitgewerkt. En dat wordt ook internationaal opgemerkt:

Dorien Laseure, Content Partnerships VRT: “Zo’n drie jaar geleden zijn we begonnen met het ontwikkelen van een internationaal traject voor kinderfictie, analoog aan wat we voor volwassenenfictie doen, waar we al wat verder mee staan. We merken dat er steeds meer buitenlandse interesse is in de fictiereeksen van Ketnet. Ketnet staat internationaal echt bekend om zijn kwaliteit en heeft een goede naam bij onze buitenlandse partners.”

Om Ketnet-reeksen in het buitenland te kunnen verkopen, moet er wel rekening gehouden worden met een aantal zaken. Zo worden kinderprogramma’s in de regel gedubd in de taal van het land. Ook Ketnet dubt buitenlandse reeksen in het Vlaams.

Dorien Laseure: “Dat wil zeggen dat de kopers de audiosporen met de gesproken stemmen moeten kunnen weghalen, maar de andere achtergrondgeluiden en de muziek moeten natuurlijk blijven. Tot voor kort voorzagen wij geen afzonderlijke audiosporen, want dat was niet nodig voor Ketnet. Maar daardoor konden de reeksen niet gedubd worden in een andere taal, zonder ook de achtergrondgeluiden en muziek te verliezen. Bij kinderfictie met internationaal potentieel zorgen we er nu altijd voor dat we afzonderlijke audiosporen voorzien.”

En die inspanningen leveren op. Reeksen als Campus 12, #LikeMe en Hoodie kunnen op heel wat internationale belangstelling rekenen. Campus 12 is bijvoorbeeld in meer dan 60 landen te zien. Daarom wil VRT een stapje verder gaan met haar kwalitatieve kinderreeksen:

Dorien Laseure: “Net als bij fictie voor volwassenen willen we graag vanuit Ketnet een grotere internationale coproductie opstarten voor een kinderreeks, in samenwerking met buitenlandse partners. Dat kan onze kindercontent naar een nog hoger niveau tillen op internationaal vlak.”