Dinsdag 16 juli 2024 - Elke dag behandelt de VRT-klantendienst een heleboel vragen, opmerkingen en klachten van het publiek. Chloë van de Klantendienst neemt de verzamelde klachten onder de loep en vat ze op eigenzinnige manier samen.
Hoe ontstaan ergernissen? Het is een vraag die me als medewerker van een Klantendienst mateloos fascineert. Zo ook Xavier Taveirne en Chaima Saysay, die voor hun podcast Mens erger je niet net bewust op zoek gaan naar irritaties. En dat bracht Sofie Lemaire op het idee om onlangs een aflevering van De wereld van Sofie op te hangen aan het thema: ergernis.
“We spreken over een ergernis wanneer iets niet levensbedreigend is, maar toch niet loopt zoals je dat graag had gezien”, legt toppsychologe Batja Mesquita uit. Dat mijn man vorige week weer vergeten is om de vuilniszak buiten te zetten, da’s een ergernis. Maar dat hij soms middenin de nacht berichtjes stuurt met zijn nieuwe collega Femke, da’s toch net iets meer.
De afgelopen 21 dagen werd er 2.312 keer contact opgenomen met onze dienst. En volgens bovenstaande definitie vallen de meeste klachten te catalogeren onder de noemer ‘ergernissen’. En na mijn jarenlange ervaring kan ik ze seizoensgebonden ook voorspellen. De start van de zomer betekent de start van de sportkwellingen. Dan heb ik het niet over mensen die klagen dat er te veel aandacht is voor competitie. Wel over ergernissen die ontstaan in de marge van de sportverslaggeving zelf.
Grommend geluid
Ik begin bij het EK voetbal. Een kijker wil weten wie er kledingadvies geeft aan Karl Vannieuwkerke. Een gemene vraag: wie de populaire media wat volgt, weet wie het alvast niet meer doet. Maar dus, volgens deze klager gaat Karl niet mee met zijn tijd. “Al jaren zie ik hem in t-shirt en daarover een vest, het steekt nogal af tegen wat andere tijdens zo’n sportuitzending dragen. Nu weer tijdens het EK 2024: buiten is het 30 graden en hij is gekleed of het winter is. Ik vind het afgrijselijk, doe er iets aan. Zijn prestatie vind ik wel oké.” De slaan en zalven-ergernis, daar erger ik me dan weer aan.
Bij de omkadering van de halve finale tussen Spanje en Frankrijk, heeft een gepensioneerd opticien moeite met de bril van een tafelgast. “In de voorbespreking zat een meneer met een prachtige en goed gekozen bril, die zo verschrikkelijk slecht is afgesteld dat het mijn opticiens hart pijn doet. Zou u hem voorzichtig willen vragen snel naar zijn opticien te gaan om het montuur goed passend te maken?” Een ergernis vanuit vakmanschap, dat kan ik best smaken. De bekommernis wordt via Sporza overgemaakt aan Franky Van der Elst.
En ook hier een ergernis die wijst op een mogelijk medisch falen. “Peter Vandenbempt heeft een mooie warme stem, maar hij gebruikt deze geregeld verkeerd. Tijdens een gesprek doet hij het niet, maar bij het geven voetbalcommentaar stoot hij geregeld een grommend geluid uit. Dit doet hij door zijn ‘valse stembanden’ te gebruiken. Zoek deze term op en je komt snel bij stembandkanker terecht. Daarom een tip, breng hem op de hoogte van het feit dat hij zijn ‘werktuig’ niet goed gebruikt.” Ik weet niet of kanker zo ontstaat. Maar met het risico zelf op zo’n grommend geluid te botsen, mag een collega dit fatalistische bericht overmaken.
Het porselein groeten
Verder is het al wielrennen wat de klok slaat. “Waarom zeggen jullie steeds welke renner gaat plassen? Misschien moeten jullie dan ook maar zeggen dat jullie gaan plassen. Geen respect voor privacy!!” Twee uitroeptekens wijzen vaak op een ‘waar zijn jullie mee bezig?’-ergernis. Toch is het antwoord wel degelijk GDPR-waterdicht. Wanneer renners gaan plassen, heeft dat een betekenis: het inleiden van een duidelijk rustpunt (en het inleiden van de ontlasting zelf, maar daar spreken we natuurlijk niet over). Wanneer een topper dat doet, is dat voor de rest van het peloton vaak een signaal dat ook zij naar de koer mogen. Dus: gaat Remco Evenepoel plassen, zeggen we het wel. Gaat Maarten Vangramberen het porselein groeten, zeggen we dat niet. Helder.
Verder stelt een trouwe koerskijker vast dat de spanningen tussen José De Cauwer en Renaat Schotte hoog oplopen. “Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat het niet klikt tussen hen, gezien de geërgerde tussenkomsten van José als Renaat iets zegt. Renaat wordt precies altijd terechtgewezen alsof hij niets van koers kent.” Een ergernis vanuit een oprechte bekommernis over pesten op het werk? Dat vind ik mooi. Nu, elke presentator heeft zijn eigen karakter en zingt (of wijst terecht) zoals die gebekt is. Van ruzie hebben wij nog niets gemerkt. De commentatorstudio staat in elk geval nog overeind. Het eventuele gekrakeel kan maar bijdragen aan de Statler en Waldorf-status van José en Renaat.
Gelukkig vallen er ook regelmatig complimenten in onze mailbox, zoals deze aan het adres van VRT NWS-anker Fatma Taspinar. “Vanmiddag bij presenteren kwam Fatma er heel goed voor. En dat zelfs met maar één schoen aan. Proficiat!” De ironische ergernis, altijd goed.
Chloë van de Klantendienst
Deel dit artikel op sociale media
Benieuwd naar het reilen en zeilen achter de schermen bij VRT? In onze maandelijkse nieuwsbrief kom je meer te weten
De nieuwsbrief is gratis én je kan je steeds uitschrijven. Lees ons privacy beleid.